Stappenplan

Stappenplan Welzijn op Recept
Welzijn op Recept is een manier om patiënten en/of cliënten verder te helpen als zij kampen met klachten waar medisch niet direct wat aan gedaan kan worden.
Bij klachten als hoofdpijn, vermoeidheid, somberheid, eenzaamheid, stress of angst kun je een sociaal makelaar, beweegmakelaar of jongerenwerker met de patiënt/cliënt laten meedenken over wat nog wel kan. Gezamenlijk zoeken zij naar passend aanbod op fysiek, mentaal, sociaal of maatschappelijk vlak. Het kan veel betekenen voor de patiënt/cliënt en het ontlast de druk op het spreekuur. Sinds kort is er in Utrecht Noordwest en Zuid ook Welzijn op Recept voor kinderen en jongeren.

1. De verwijzing
Bespreek met de patiënt/cliënt op jouw consult of een beweeg-, sociaal makelaar of jongerenwerker mag meedenken over dat wat energie kan geven. Zo ja, vul dan samen de verwijzing in via het recept op de pagina Doorverwijzen. Of neem direct contact op met één van hen. Dit gebeurt vaak met de patiënt/cliënt in de spreekkamer. Dat is fijn, want zo merkt de patiënt/cliënt dat beroepskrachten uit het sociaal domein en zorgprofessionals in de wijk elkaar kennen en makkelijk contact hebben met elkaar.

Meegeven aan de patiënt/cliënt:

  • Het recept van het receptenblok Welzijn op Recept
  • De contactgegevens van de beweeg- of sociaal makelaar of jongerenwerker
  • De folder Welzijn op Recept
  • Flyer Jeugd (beschikbaar voor de wijken Noordwest en Zuid)

2. Het eerste contact
Via een telefoontje of een e-mail neemt de sociaal-, beweeg makelaar of de jongerenwerker contact op met de patiënt/cliënt. Samen maken zij een afspraak voor een eerste ontmoeting.

3. Deelnemen aan een passend aanbod
De beroepskracht uit het sociaal domein zorgt dat de patiënt/cliënt een passende plek vindt én dat het eerste bezoek soepel verloopt. Als het nodig is gaat de beroepskracht de eerste keer met de patiënt/cliënt mee.

4. Op de hoogte brengen
De beweegmakelaar of sociaal makelaar neemt na een paar weken weer contact op met de patiënt/cliënt om te vragen hoe het gaat. Als er een goede koppeling is gemaakt, stopt de ondersteuning vanuit het sociaal domein. Is dit niet het geval, dan bespreken zij samen andere mogelijkheden. Is de hulpvraag complexer, dan verwijst hij of zij de patiënt/cliënt door naar het buurtteam. De huisarts of praktijkondersteuner wordt van dit resultaat ook op de hoogte gebracht.